Adjossi

Lieve oma,

Net voor ik vertrok ben ik je nog even gedag komen zeggen. Toen je hoorde dat ik naar Suriname ging, straalde je ogen blijdschap alsof je wilde zeggen “ik ga mee”. Op dat moment wist ik dat ik je nooit meer terug zou zien. Je kracht, die pit was langzaam uit je lijf verdwenen. En het was goed zo.

De Koningstraat en de Willemstraat in Suriname dat is waar je een groot deel van je leven met veel plezier hebt gewoond. Daar heb je je eerste 5 kleinkinderen grootgebracht: Bianca, Brian, Marjorie, Fausia en ik. Mooie momenten hebben we als kinderen meegemaakt. Ik in ieder geval tot een jaar of 9. Ik kon altijd bij je terecht, ‘s middags na school dollen en kinderliedjes zingen. En als mama met de bezemstok achter me aan rende kon ik me heerlijk achter jou verschuilen. Elke avond draaide je wel even snel een klappehandje of een van die dikke naan roti’s. Je zei altijd tegen een ieder dat ik een heel lief, en rustig kind was. En het is dat jullie het weten, want mijn oma heeft altijd gelijk!

Ik mocht je ook altijd helpen met het doen van de was. Tot op een middag je hand door de wringer van de wasmachine ging. Aan je gezicht zag ik dat je verging van de pijn, maar je gaf bijna geen kick. Toen wist ik al dat je een hele sterke vrouw was. Als er ruzie was of muren waar we tegen op botsten, jij was er altijd. Jij zorgde ervoor dat de rust weer keerde, jij zorgde voor de deur waar we gezamenlijk door heen konden. Oma, je hebt best veel meegemaakt, je had veel verdriet maar liet nooit iets blijken. Je was altijd die lachende, zingende oma. Vele dierbaren die te vroeg zijn heengegaan heb je naar hun laatste rustplaats geleid. En toch liet je geen traan. Altijd een troost voor een ander. Oma weet dat je die kracht aan ons, je kleinkinderen, hebt doorgeven. Door jou zijn we allemaal nu sterke personen geworden. Ik sowieso. Oma, ik heb je beloofd dat ik je levenslied aan je klein- en achterkleinkinderen zou doorgeven. Maar weet je oma over jou praten gaat vanzelf. En je kleinkinderen hebben elkaar het afgelopen jaar steeds beter weten te vinden. We zijn daadwerkelijk een sterke groep geworden. En ook al kan het met grotendeels alleen maar meiden soms een kippenhok lijken, we vinden steun bij elkaar in vreugde en verdriet.

Zondag 31 mei zal ik nooit vergeten. Ik heb tot je gesproken samen met papa. Ik begrijp nu pas het gevoel waarom ik naar SU moest. Je wilde naar huis. Het is nu daadwerkelijk tijd om naar huis te gaan waar opa, Marjorie, tante Doekhoen, oom Cor en alle andere dierbaren op je wachten. Aan de hemel schijnt wederom een prachtige ster die ons pad op aarde verlicht en over ons zal waken. Oma namens alle kleinkinderen dank je wel voor alles, voor je liefde, je vreugde, je gelach en gezang. Adjossi, omalief.

Comments are welcome!

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.